Een legendarische index

Een legendarische index
5 min

Het cijfer 43 vertelt het verhaal van één van meest iconische records uit het Nederlands betaald voetbal. En de kans dat het ooit nog gebroken wordt, lijkt met het jaar kleiner te worden. Een verhaal over wijlen Coen Dillen, wiens naam in zijn index nog altijd voortleeft.

Missie Mislukt
Hoe voortvarend ze ook van start gingen, hoe dichtbij ze ook kwamen, hoe ambitieus ze ook spraken; niemand kon ook maar met zijn vingertop bij de 43 competitietreffers van Coen Dillen. Johan Cruijff niet en Willy van der Kuijlen niet. Ruud Gullit niet en Marco van Basten niet. Nee, zelfs achter pogingen van ultieme goalgetters als Mateja Kezman en Ruud van Nistelrooy kwam aan het eind van het seizoen een groot rood kruis te staan. Missie mislukt.

Aan het feit dat Dillen al meer dan 60 jaar in de annalen van het Vaderlandse voetbal is opgenomen gaat een mengelmoes van doorzettingsvermogen en toeval vooraf. Kort na de oorlog is er niemand die gelooft dat Dillen, bijgenaamd ‘Het Kanon’ ooit in het eerste elftal van een topclub zal komen, laat staan dat hij een legende zou worden. In zijn jeugd speelt Dillen voor Brabantia, een club uit Strijp, Dillens geboortegrond en later voor PSV, waar hij in het twaalfde, negende en in het tweede speelt alvorens hij besluit te stoppen met clubvoetbal. Hij lijkt niet goed genoeg voor een loopbaan als voetballer en meldt zich als 19-jarige maar aan als vrijwilliger bij de Koninklijke Marine. Voetbal? Ach, daar geeft de jonge Dillen niet zo veel meer om als hij zich op zijn 21e opnieuw aanmeldt bij Brabantia.

‘Dillen is onbesuisd’
Maar voetbalbloed kruipt waar het niet gaan kan. In het voorjaar van 1949 laat Coen Dillen Brabantia wederom achter zich voor PSV. De club heeft op dat moment al twee jaar moeite met de erfenis van aanvaller Wim Middel en het oog is gevallen op de gewezen jeugdspeler. Met vier doelpunten in vier wedstrijden maakt Dillen een spectaculaire start, maar daarna slaat de twijfel weer toe. Kritische journalisten vinden PSV’s nieuwste aanwinst geen speler ‘met bijster veel intelligentie’. Dillen ziet enkel de kortste weg naar het doel: ‘Hij is fel, snel en schotvaardig, maar bovenal onbesuisd’.

Een seizoen later schiet Dillen de twijfel aan flarden. Superlatieven spetteren van de krantenvellen. ‘Het kanon Dillen’, ‘De man met atomen in zijn schoenpunt’ en ‘Coen de Koene’ (wat zoveel betekent als Coen de Flinke), staat daags na PSV-duels in vette letters gedrukt. ‘De onbesuisdheid die enige jaren geleden zijn spel kenmerkte, is geheel verdwenen. Zijn hersenen verrichten een zo mogelijk nog belangrijkere functie dan zijn krachtige benen’, schrijft men nu.

Gebroken vinger
Volgens de overlevering zijn zijn schoten harder dan die van Mister PSV Willy van der Kuijlen en Ronald Komen in hun hoogtijd. Eén keer knalt Dillen met zijn verwoestende voeten een doelnet aan flarden. Speciaal vond hij het niet, omdat het net volgens Dillen al mankementen vertoonde. Nog opmerkelijker is dat doelman Jan Vrijhof van MVV zijn vinger breekt na een uithaal van Dillen.

Zijn beste jaren zijn dan nog lang niet aangebroken. Waar Dillen sinds zijn komst in 1949 tot de zomer van 1952 al tot het zeer respectabele aantal van 59 treffers in 92 wedstrijden komt, komt de Eindhovenaar vanaf dat moment pas écht los. Tussen 1953 en 1957 komt Dillen tot het onwaarschijnlijke aantal van 152 competitiegoals in 137 wedstrijden. Geen speler die minstens honderd wedstrijden speelde in de Nederlandse competitie komt ooit nog aan dat moyenne. Van 1953 tot 1960 wordt Dillen achtmaal op rij clubtopscorer. Zijn geheim? ‘Ik geloof dat mijn schot aangeboren is. Toen ik vroeger in de jeugd bij Brabantia speelde, kon ik dat al zonder dat ik er ooit op geoefend had.’

Hoogmis
In het geboortejaar van het betaald voetbal in Nederland (1956-1957) voert Dillen zijn hoogmis op. 43 doelpunten in 34 wedstrijden. Opmerkelijk genoeg wordt PSV dat seizoen slechts vierde. Ook bijzonder: in twaalf wedstrijden komt Dillen niet eens tot scoren. En de meerderheid van zijn treffers (24) maakt Dillen buiten Eindhoven. Het fundament voor zijn record, herstel: hét record, legt Dillen pas halfweg het seizoen. Tussen 27 januari en 31 maart 1957 vuurt Het Kanon twintig keer raak.

Zo eens in de zoveel jaar wordt de Coen Dillen-index afgestoft. In de archieven van de officiële clubsite van PSV is een vergelijk met een legendarische Serviër te vinden. ‘Mateja Kezman stijgt op Coen Dillen-index’, is de titel van het bericht dat dateert van begin december 2003. ‘Na veertien competitiewedstrijden stond Coen Dillen op tien doelpunten, Mateja Kezman heeft er inmiddels vijftien gescoord.’ Nog wat langer geleden werd Ruud van Nistelrooy langs de Dillen-meetlat gelegd en aan het begin van dit seizoen werd Donyell Malen met de index geconfronteerd. “Nee”, zei de aanvaller eerlijk toen hij werd gevraagd of Coen Dillen hem iets zei. Ook hij liep op een zeker moment ruim voor op het schema. Maar ook Malen wist. “Meer dan veertig goals dus in één jaar... mmm, dat is wel heel erg veel.”