Vijf jaar oud was Joël Piroe toen hij begon met voetballen. Verliefd op de bal en het spelletje was hij meteen. “Op mijn vijfde was ik lokaal aan het zoeken waar ik kon gaan voetballen. Eigenlijk was ik nog te jong om bij de F-jes te spelen, maar ik wilde echt héél erg graag. Uiteindelijk vond ik een club waar ik toch bij de F-jes mee mocht doen, dat weet ik nog wel.”
Het was het begin van de nog prille loopbaan van Piroe, 19 jaar oud inmiddels. Hij ontwikkelde zich in een razend tempo. Via verschillende regionale amateurclubs diende zich een mooie kans aan. “Ik speelde in de D1 van de amateurtak van N.E.C., maar ik mocht al geregeld meedoen met de BVO. We speelden een keer een oefenwedstrijd tegen Top Oss, die wonnen we met 7-1. Ik scoorde zeven keer en daarna ging het snel, want ik stroomde officieel door. Het ging dat seizoen ook meteen erg goed, volgens mij scoorde ik wel 43 keer.”
Goaltjesdief
Een echte goaltjesdief was geboren. “Ik ben daarna in de jeugd in elk seizoen topscorer geworden met minimaal 25 goals per seizoen. Of ik altijd spits ben geweest? Mijn positie is door de jaren heen erg veranderd. Ik was eerst linksback of linkshalf, maar ik scoorde zó veel dat de trainer van de D1 zei dat ik nog meer zou scoren als ik in de spits zou spelen. Daar ben ik eigenlijk nooit meer weggegaan.”
De spits komt met twee voetballende ouders uit wat je noemt een echt voetbalnest. “Mijn vader is Surinaams en heeft met vijf broers in een zaalvoetbalteam in Nederland gespeeld op vrij hoog niveau. Mijn moeder is Nederlands, had veel sportieve aanleg en heeft ook gevoetbald. We houden allemaal van sport in ons gezin.”
Steunpilaar
De geboren Gelderlander geeft aan dat zijn vader altijd een grote steunpilaar voor hem is geweest. “Als het om sport gaat is hij altijd erg passievol en fanatiek. Hij leeft altijd met me mee naar wedstrijden toe. Tijdens een wedstrijd hebben we weleens oogcontact, of hij roept iets. “Let op, gebruik je hoofd, laat je niet gek maken!” bijvoorbeeld. Daarmee motiveert hij me.”
Na een kampioenschap met PSV O19 vorig seizoen zette Piroe weer een stap richting het grote doel om te debuteren in PSV 1. Van Bommel nam zijn topschutter direct mee op trainingskamp in Zwitserland. Een bekroning op een sterk, doelpuntrijk seizoen. Mede door de grote concurrentie speelt de Nijmegenaar zijn wedstrijden voorlopig in Jong PSV. “Ik ben blij dat ik wekelijks kan spelen op zo’n niveau. In het begin was het wel wennen, want je speelt tegen volwassen mannen, tegen mensen die voor hun brood voetballen. Het gaat nu ook om een stukje eer, het koste wat het kost willen winnen.”
Weerstand
Een ander groot verschil met de jeugd, zit hem volgens Piroe in het aanzien van de club PSV. “In de jeugd speelden we weleens tegen ploegen die dachten: “Oh, het is PSV, als we maar niet worden vernederd is het allemaal goed.” Als wij met 2-0 wonnen waren sommige tegenstanders helemaal niet ontevreden. In de Keuken Kampioen Divisie kun je met 4-2 voor komen tegen N.E.C. en alsnog gelijkspelen. Zij vinden zichzelf ook een grote club die zichzelf altijd wil terugknokken. Dat is een heel groot verschil met de jeugdcompetitie.”
Ambitieus is de linkspoot altijd geweest en ook nu steekt hij die niet onder stoelen of banken. “Ik heb het gevoel dat het gat tussen mij en de groep niet heel groot is. Dit jaar wil ik me goed ontwikkelen zodat ik volgend jaar dusdanig bij de selectie op de deur kan kloppen dat ik er niet meer weg hoef.”
De kans is groot dat Piroe dan herenigd wordt met Mark van Bommel, de trainer met wie hij vorig seizoen bij O19 zoveel successen beleefde. “Ik hou van zijn werkwijze. Hij creëert een sfeer en mentaliteit waarbij iedereen voor elkaar door het vuur gaat. Dat werkte bij ons, maar bij PSV 1 boekt hij tot nu toe hetzelfde resultaat. Dat vind ik echt heel knap.”