In twee seizoenen bij RSC Anderlecht wist Lore Jacobs een indrukwekkend aantal van 37 doelpunten te maken in 60 wedstrijden. Het leverde haar twee landstitels op én deze zomer een transfer naar PSV. De negentienjarige aanvallende middenvelder voelt zich inmiddels helemaal thuis op PSV Campus De Herdgang. Ze kijkt vol vertrouwen uit naar de hervatting van de competitie tegen Excelsior.
Je bent hier nu meer dan een half jaar, hoe bevalt het?
“Ja, erg goed. Ik ben hier graag, heb mijn draai helemaal gevonden en ik voel me thuis. Ik heb toevallig ook oud en nieuw gevierd met twee teamgenoten: Janneke Verheijen en Robine Lacroix. We zijn samen naar het vuurwerk bij de lichttoren wezen kijken. Dat was echt erg mooi.”
Wat was je meest memorabele moment voor de winterstop?
“Nou, dat was eigenlijk dat we als winterkampioen de winterstop in gingen. Daar heb ik de afgelopen weken echt van genoten. Al moet ik zeggen dat ik van elke wedstrijd bij PSV genoten heb. Zeker van de wedstrijd tegen Fortuna Sittard waarin ik mijn eerste competitiegoal maakte.”
Je komt van RSC Anderlecht, waar je de doelpunten aaneenreeg. Merk je verschil?
“Ik denk dat het voetbaltechnisch vergelijkbaar is; het zijn beide ploegen die bovenaan meedoen in de competitie. Fysiek is er wel een groot verschil. Daar loopt PSV echt in voorop als je het vergelijkt met België.”
Je speelde daar meestal als aanvallende middenvelder, maar soms ook als spits. Waar gaat je voorkeur naar uit?
“Als ik moet kiezen, de nummer-tien-positie. Dan kom ik meer in mijn spel en kan ik echt mijn ding doen, maar ik speel ook graag in de punt van de aanval. Ik denk dat mijn belangrijkste wapen is dat ik schiet als ik de kans krijg, en dat vrij effectief doe. Dat maakt dat ik meestal niet veel mogelijkheden nodig heb om te scoren.”
'Ik ben hier graag, heb mijn draai helemaal gevonden en ik voel me thuis.'
Je maakt bijna elke wedstrijd minuten, maar doet dat nog niet altijd vanaf de aftrap. Hoe is dat voor jou?
“Nou, ik ben me er heel erg van bewust dat dit PSV is. Het is een grote club en ik kan hier veel leren. Natuurlijk is mijn rol anders dan vorig jaar bij Anderlecht, maar ik weet dat ik - of het nu vanaf de aftrap of vanaf de bank is - het verschil kan maken. En dat is voor mij het belangrijkste: dat ik linksom of rechtsom bijdraag aan het team.”
Van welke speelster leer je het meest?
“Er zijn veel speelsters die mij helpen, maar Renate Jansen het meest. Op het veld hebben we een bepaalde klik en ze weet precies hoe en wanneer ik coaching nodig heb. Dat kan over techniek gaan, maar ook over de wat ongrijpbaardere dingen zoals het scannen van je omgeving.”
Is er iemand in het voetbal waar je tegenop kijkt?
“Ik ben een Belg, dus dat moet Kevin de Bruyne zijn. Ik kijk ook elke wedstrijd van Manchester City, waar in het verleden vaker Belgen hebben gevoetbald, zoals Vincent Kompany. En dan heb je meteen een link met Anderlecht. Het gaat nu even minder goed in Manchester, maar die krijgen het wel weer op de rit.”
Morgen begint de tweede seizoenshelft met een wedstrijd tegen Excelsior. Wat verwacht je van ze?
“Ik denk dat ze met een laag blok gaan spelen, vergelijkbaar met hoe hun mannenteam dinsdag in de beker speelde: vrij ver ingezakt.”
Hoe gaan jullie dat bestrijden?
“Om een laag blok te omspelen moet het baltempo hoog zijn. Je moet geduld hebben, maar ook op het juiste moment creativiteit in het spel brengen. Dat is het lastige aan dit soort wedstrijden: geduld opbrengen, maar weten wanneer je iets moet forceren. Ik heb er alle vertrouwen in dat wij dat kunnen.”
