De tegenstander van PSV zaterdagavond, Heracles Almelo, kent een fletse start van de competitie. Zeven punten uit acht wedstrijden is lang niet zo indrukwekkend als vorig seizoen, toen de Heraclieden zelfs eventjes eerste stonden. Toch moet PSV oppassen dat het niet in het Almelose zwaard loopt.
Historisch sterk seizoen
De huidige veertiende plaats op de ranglijst op zich geen schande. Immers, de eindklassering van Heracles in de Eredivisie lag de afgelopen elf jaar pas drie keer boven de twaalfde plaats. Maar vorig seizoen hadden de Almeloërs een geweldig jaar. Aan de hand van spelers als Wout Weghorst, Oussama Tannane en Ilias Bel Hassani wonnen de Heraclieden hun eerste vijf wedstrijden, stonden zelfs even bovenaan de ranglijst en eindigden ze op een keurige zesde plaats. Voor het eerst in de geschiedenis mocht Heracles zelfs Europa in.
Terugval
Maar Tannane ging in de winterstop al naar AS Saint-Etienne en afgelopen zomer vertrokken ook Weghorst en Bel Hassani naar AZ. De overgebleven spelers konden niet voorkomen dat Heracles na één ronde alweer uitgeschakeld was in de UEFA Europa League en dat de club na acht speelronden weer terug is waar hij meestal te vinden is: in het rechterrijtje. Heracles won pas een wedstrijd tot nu toe: voor eigen publiek tegen Willem II. De laatste twee duels, tegen FC Groningen en aartsrivaal FC Twente, eindigden in gelijkspel.
Hecht collectief
Heracles kan het dus niet meer van de creativiteit van Tannane en Bel Hassani hebben, en gokt dit jaar op de kracht van het collectief. De verdediging moet waterdicht zijn en daar moet Robin Pröpper, broertje van Davy, mede voor zorgen. De verdediging van Heracles staat goed: met slechts tien tegendoelpunten doen de Almeloërs het beter dan andere ploegen in het rechterrijtje. De technisch sterke buitenspelers Kuwas en Darri moeten Vincent Vermeij in stelling brengen om te scoren. Tot nu toe maakte Heracles zeven goals. Dat is niet veel, maar met een stugge verdediging als die van Heracles kan één goal genoeg zijn.
